Op de foto hierboven zie je vier van onze kippen rondscharrelen. Ze wonen inmiddels ruim twee jaar bij ons en beschouwen het hier helemaal als hun landje. Ze zijn geen geweldige eierleveranciers, maar zo nu en dan heeft er eentje ineens de geest en wordt er dagelijks een eitje afgeleverd, meestal op een van de stoelen op het terras. Als we geluk hebben, hebben we dat op tijd in de gaten en kunnen we het eitje veilig stellen. Maar de honden weten ook waar ze de eieren kunnen vinden en zijn ons meestal te vlug af.
Een maand of 3 geleden is er een 5e kip bij ons ingetrokken. Omdat de honden altijd even wat tijd nodig hebben om te leren wie er wel en niet bij de familie horen, hebben we die kip in een speciale opvangplek ondergebracht. Daar zijn kort daarna haar 2 eieren uitgekomen: een hennetje en een haantje. Nadat ze de veilige omgeving van hun opvanglocatie hadden verlaten, zijn moeder en dochter vrij snel gesneuveld en moest het haantje als wees verder.
Hij heeft geprobeerd zich bij de andere vier, 3 hennen en een haan, aan te sluiten, maar die moeten niks van hem hebben. Hoewel hij als enige echt op ons landje geboren is, wordt hij door de andere blijkbaar beschouwd als een indringer. Dat gaat best ver. Iedere ochtend en middag strooi ik een handje kippenvoer, onder het luid roepen van "kieieieiep kiepkiepkiepkieieieieiep". Ze komen dan alle vijf aangeracet, waarna ik als een soort kippenvanger van Hamelen naar het voerplekje loop. Daar strooi ik het voer wijd uit, zodat ze elkaar niet in de weg hoeven te lopen en het nieuwe haantje ook zijn graantje mee kan pikken.
Maar dan gebeurt er iets vreemds. De vier "oude" kippen willen niet dat het nieuwe haantje meeprofiteert van hun welvaart. Hoewel het eten letterlijk voor ze uit de lucht komt vallen, vinden ze blijkbaar dat ze "er keihard voor werken", waarmee ze waarschijnlijk bedoelen dat ze geacht worden af en toe een eitje te leveren. Het nieuwe haantje is, lijken ze te vinden, een gelukszoeker die hun welvaart in wil pikken. Om dat te voorkomen zijn de vier continu bezig om de vijfde weg te jagen van het voer. Dat neemt ze zodanig in beslag, dat ze niet in de gaten hebben hoe andere vogels intussen hun korrels opeten.
Waar de vier kippen zich gemakzuchtig laten verwennen en een beetje rond het huis hangen, weet het haantje goed uit te vinden hoe hij het handigste aan voer kan komen. Hij heeft bijvoorbeeld ontdekt dat op de plekken waar ik net gemaaid hebt, het gras vol met smakelijke insecten zit, die hij alleen maar op hoeft te pikken. En hij kent de plekken in de tuin waar de wormen zitten en de krekels wonen. Als de vier een klein beetje verder zouden kijken dan hun snavels lang zijn, zouden ze nummer vijf verwelkomen in hun midden en kijken wat hij ze te bieden heeft. Want als vroeger of later de toevoer van voer dat uit de lucht valt stopt, hebben ze dat haantje hard nodig om van te leren hoe en waar ze het beste voor hun eigen voer kunnen zorgen.
Tja, kippen zijn rare dieren. Een kip die op ons landje geboren is de toegang willen ontzeggen. Bang zijn dat nieuwelingen de welvaart afnemen en niet zien dat ze daar juist iets aan toevoegen. Zó druk zijn met voorkomen dat nieuwelingen ook wat krijgen, dat achter hun rug om andere dieren hun eten staan te verschalken. En er zo van overtuigd zijn dat hun voedselvoorziening vanzelf wel door zal gaan, dat ze vergeten zijn hoe ze voor zichzelf moeten zorgen. Domme, domme kippen.