07 november 2021

Manies

In één klap zijn we een stuk rijker geworden. En dat zonder de loterij te winnen of een erfenis te krijgen. Eigenlijk hebben we er niets extra's voor hoeven doen. Het is gewoon vanzelf gegaan. 

Het begon allemaal toen Phan, onze 'Thaise zoon', liet weten dat hij langs zou komen. Een hele verrassing, want hij woont al weer een tijdje in Phuket en dat ligt op zo'n 1500 kilometer van Lampang. Zijn oom, die ook in Phuket woont, bleek een auto gekocht te hebben in Lampang en die gingen ze samen ophalen. Het ging om een simpel tweedehandsje, dus waarom dat van zo ver weg gehaald moest worden (vergelijk het met dat je vanuit Nederland een auto koopt en gaat ophalen in Barcelona) is ons een raadsel, maar we zijn inmiddels gewend aan de onnavolgbare Thaise logica, dus we hebben er maar niet naar gevraagd.

Natuurlijk was het een hartelijk weerzien, waarbij Phan ook alle dieren even moest knuffelen en aan oom en de ook meegekomen tante moest laten zien wat hij allemaal bij ons geknutseld had. Hij was ook zeer verrast door de hoogte van de bomen en andere begroeiing. In januari was hij voor het laatst geweest en toen kon je nog vanaf de weg het hele landje overzien. Nu is het een groene oase, zoals we al in een eerdere blog schreven. 

Die groene oase blijkt de oorzaak te zijn van onze opmars richting Quote 500. Dat bleek toen we stekjes gingen verzamelen om mee te geven aan tante, die ook dol is op plantjes. De afgelopen weken heeft Mieke volop nieuwe schaduwplantjes geplant. Dat kon tot voor kort niet, omdat er te weinig schaduwplekken waren, maar nu is dat dus compleet veranderd. Phan wees op één van de plantjes en vertelde dat dat op de markt momenteel 100.000 baht, zo'n 2700 euro, kost. We grapten nog dat hij het voor 50.000 mee mocht nemen en besteedden er verder weinig aandacht aan. Ik vermoedde dat hij zich in de Engelse getallen vergist had. In het Thais is de opbouw van getallen namelijk anders dan bij ons. Het rijtje duizend, tienduizend, honderdduizend is in het Thais phan, meung, sen. Vertalen naar het Engels kan voor een Thai dus best verwarrend zijn.

100.000 baht (€ 2.700)

Toch liet het ons niet helemaal los. Phan zou best meung vertaald kunnen hebben met 100.000 in plaats van 10.000, maar zelfs 10.000 baht is nog altijd een exorbitant bedrag voor een plantje. We zijn daarom maar eens op onderzoek uitgegaan en wat bleek? Er is in Thailand sprake van een soort tulpenmanie: een plantjes-met-mooie-blaadjesmanie. Of Phan gelijk had met de prijs voor het specifieke plantje dat hij aanwees weten we niet, maar dat er waanzinnige prijzen voor plantjes gevraagd worden blijkt te kloppen. In het filmpje hieronder bezoekt een Australier een plantenmarkt in de zuidelijke badplaats Hua Hin en valt van de ene verbazing in de andere. De hoogste prijs die hij tegenkomt is maar liefst 3,9 miljoen baht, ruim 100.000 euro. Helaas wordt niet duidelijk of dat bedrag er ook daadwerkelijk voor gegeven wordt. (Als de video niet zichtbaar is, ga dan naar https://www.youtube.com/watch?v=c9aikFrZWp0)

Nu zitten we hier met de nodige plantjes-met-mooie-blaadjes en daarmee zijn we vermoedelijk dus stinkend rijk. We zouden nu een hoge muur om het landje moeten bouwen, met camera's op alle hoeken en felle verlichting overal. En we zouden wat mensen moeten inhuren om de plantjes-met-mooie-blaadjes constant in de gaten te houden en te ontdoen van rupsen en andere bladeters. Maarja, om dat te betalen zouden we de plantjes-met-mooie-blaadjes moeten verkopen en dan hebben we al die poespas niet meer nodig. Een heuse catch-22, alleen zitten we er niet in gevangen, want net als de tulpenmanie gaat de plantjesmanie ook wel weer over. Bovendien willen we de plantjes niet kwijt, weten we niet zeker of onze plantjes ook wel zo veel waard zijn en hebben we geen idee hoe we ze zouden moeten verkopen en aan wie. We voelen ons al rijk genoeg met de mooie tuin, al die dieren om ons heen, ons relaxte leventje hier in dit mooie land en elkaar.

Oplettende lezertjes (ja Frans, die is speciaal voor jou) is het ongetwijfeld opgevallen dat er met Phan iets aan de hand is. In de tweede alinea noemen we hem onze Thaise zoon, en bij de uitleg over de Thaise duizendtallen komt phan ook weer terug als vertaling van duizend. Zijn naam is eigenlijk Prasong, maar net zoals alle Thai wordt hij in het dagelijks leven door iedereen aangesproken met zijn bijnaam, die inderdaad duizend betekent. We kennen hem al van voordat we naar Thailand verhuisden, zijn goede vrienden geworden en op een gegeven moment heeft hij gevraagd of hij ons mom en dad mocht noemen. Dat mogen we als een hele eer beschouwen (en qua leeftijd zou het goed gekund hebben), dus sindsdien heeft hij een Nederlandse mom en dad, hetgeen betekent dat wij vanaf hetzelfde moment een Thaise zoon hebben.