18 december 2021

Zoals het klokje thuis tikt....

nacht'lijk krekelkoor

sust mij telkens weer in slaap

Nong Noi is nu Thuis


Zoals het klokje thuis tikt.... klinkt het nergens naar. Ik schat dat het klokje in onze kamer zo'n 55 jaar oud is. Totdat mijn moeder overleed, in 2006, heeft het 40 jaar in de Haagse Beeklaan getikt. Daarna tikte het nog ongeveer een jaar door bij mijn jongste broer aan het Elandplein. Toen ook die overleed is het bij Mieke en mij in de Boxtelse Knuistenkoepel (ik laat geen gelegenheid voorbij gaan om deze prachtigste straatnaam van Nederland even te kunnen noemen) terechtgekomen. Vervolgens tikte het vrolijk verder aan de Touwbaan in Maashees, waarna het op 50-jarige leeftijd naar Thailand is het verhuisd. En daar is het gestopt. Niet omdat we vergeten waren het op te winden, want dat hadden we netjes gedaan. We vermoeden dat de warmte en de hoge luchtvochtigheid het ding teveel geworden zijn. De meeste dingen gaan in Thailand korter mee, deels vanwege mindere kwaliteit en gebrek aan onderhoud, maar vooral toch door het klimaat.

Ons vermoeden werd bevestigd toen het klokje op een gegeven moment, nadat de hete tijd al even voorbij was en uiteraard midden in de nacht, 8 uur sloeg. Vanaf dat moment heeft het het weer een tijdje gedaan, maar de afgelopen zomer stopte het er weer mee. Vorige week had het een korte opleving, maar nu is die voorbij en staat het weer stil. Heel erg vinden we dat niet. Het klokje is zo overdadig gedecoreerd dat je er niet goed op kunt zien hoe laat het is. En mooi vinden we het ook niet; het staat er omdat het een familiestuk is. We denken erover om het een plaats te geven in een soort van totempaal met herinneringen die op het landje moet gaan verrijzen.

Ook zonder tikkend klokje voelen we ons hier inmiddels helemaal thuis. En regelmatig zijn er momenten waarop dat gevoel weer eens extra versterkt wordt. Die hebben soms helemaal niks te maken met hoe de mensen zich hier tegenover ons opstellen. Zo fietste ik van de week naar het stadje Hang Chat om fruit te kopen en zag ik hoe in een dorpje een nieuwe hoofdkraan voor de waterleiding was geïnstalleerd. Die staat dan boven de grond, zonder afsluitbaar hekwerk er omheen. Dat kan hier gewoon, want er is niemand die het in zijn hoofd haalt om "voor de grap" de kraan dicht te draaien of uit verveling het ding stuk te trappen. Alle hoofdkranen van huizen, en alle water- en elektriciteitsmeters zitten hier ook gewoon buiten. Lekker makkelijk voor de meteropnemer; die kan de stand ook opnemen als je niet thuis bent.

Nadat ik een kilo mango's voor een euro had gekocht moest ik elders op zoek naar bananen, want die waren op bij mijn favoriete fruitvrouw. Ik stopte bij een tafeltje langs de weg waarop werkelijk de allergrootste bananen lagen die ik ooit gezien heb. Een flinke kam, met zo'n 8 bananen eraan, kostte 1 euro. De man vroeg waar ik vandaan kwam en in mijn beste Thais maakte ik duidelijk dat ik uit Nederland kwam maar nu in Nong Noi woonde. Er kwam nu een stortvloed aan Thaise woorden uit de man. Het ging me allemaal veel te snel om het goed te kunnen verstaan, maar ik ving onder meer "baan din" en "suay maak" op. Hij wist blijkbaar van ons kleihuis (baan din), vond dat dat heel mooi was (suay maak) en leek helemaal enthousiast dat hij nu een baandinbewoner voor zich had. Ik moest de bananen maar gratis meenemen, vond hij. Ik vond dat ik er best voor kon betalen; 1 euro is voor mij niet veel en voor hem een substantieel bedrag. Uiteindelijk werden we het eens toen ik zei dat hij er dan maar een ijsje voor zijn kinderen voor moest kopen. Dat argument werkt meestal goed hier. Hij liep met mijn boodschappentas naar een krat die achter hem stond, deed er de bananen in en daarna zette hij de tas op mijn fiets. Toen ik thuis kwam bleek er een reuzekam met 15 bananen in mijn tas te zitten. Had hij toch nog de helft gratis gegeven. Nu moeten wij ons door de bananenberg zien te eten.

Op de terugweg werd ik ook weer helemaal blij van het fietsende vrouwtje met een hele lading takkenbossen achterop haar fiets. Vrouwtje is overigens niet denigrerend bedoeld: Thaise mensen, vooral de oudere, zijn veelal heel klein. Het verkleinwoord slaat dus echt op de geringe lengte. Zoals de meeste Thai fietste ze met een snelheid die net hoog genoeg was om niet om te vallen. Toen ik haar voor me zag kon ik gemakkelijk even stoppen en mijn telefoon pakken om te filmen. Vlak voordat ik haar voorbij wilde gaan sloeg ze ineens af, waardoor ik vol in de remmen moest. Breed lachend excuseerde ze zich en zei en gebaarde ze van alles wat ik niet begreep. Maar dat maakte niet uit; de bedoeling was duidelijk.

Het laatste stukje tot aan ons huisje voerde door de rijstvelden, waarop volop gewerkt werd. "Hey hello" werd me van alle kanten toegeroepen. Voor de meesten is dat het enige Engels dat ze kennen. Overal vriendelijk lachende gezichten. Hier kan je je toch niet anders dan thuis voelen?

Waarschuwing: de volgende alinea's kunnen als schokkend worden ervaren

Okee, soms, heel soms zijn er situaties waarin het thuisvoelen eventjes verdrongen wordt. Dat overkwam me een paar weken geleden toen ik eens even lekker wilde afkoelen in de cold tub, de grote kuip met koud water in de tuin. Ik had me er comfortabel in genesteld met een e-book en een glas vruchtensap toen ik me bewust werd van een niet al te aangename geur. Het was al donker, dus ik gebruikte het lampje van mijn telefoon om te zien of er wellicht een dood beest ergens naast de tub lag. Ik kon niks vinden en wilde weer gaan zitten toen ik ineens de oorzaak van de geur zag: er dreef een dode rat in het water. Nooit eerder ben ik zo snel uit de tub gesprongen en nooit eerder heb ik daarna zo lang onder de douche gestaan. Gelukkig is het nu de koelere tijd, want veel aandrang om weer in de tub te gaan heb ik nog steeds niet.

Vandaag was er weer zo'n moment. Hoewel we in de middag meestal maar wat zitten te lamballen houden we toch altijd een koffiepauze. Meestal maken we zelf een lekkere mokka van koffie, cacao en kokosmelk. Toen ik mijn koffie bijna op had zag ik een flinke klont op de bodem van mijn mok. Ik dacht in eerste instantie dat het koffie-cacaomengsel niet goed was doorgeroerd. Was dat maar zo geweest. Er bleek een kleine pad in mijn mok te zijn gesprongen en die had de douche van kokend water niet overleefd. Ik heb de rest maar laten staan en de pad bewaard, om als eventueel aan de arts te laten zien als ik er ziek van zou worden. Dat is gelukkig niet gebeurd. 

Gekookte koffiepad

Natuurlijk gaan hier nu wel de woordgrappen over en weer. Voor de lunch vanmiddag hadden we pad thai, een beroemd Thais gerecht, opgewarmd in onze zonne-oven. Mieke is bang dat er nu een paddemie uit gaat breken. Ik ben op zoek naar iemand met een senseo, zodat de koffiepad toch nog een goede bestemming kan krijgen. 

En het klokje.... dat tikt nog steeds niet.

02 december 2021

Ik was er niet bij

Ik voel me altijd wat ongemakkelijk als het gaat om slavernij of het Nederlandse koloniale verleden. Niet dat ik me er schuldig over voel; ik was er niet bij, heb er niet aan deelgenomen, heb naar mijn beste weten nooit gediscrimineerd. Maar dat neemt niet weg dat ik er nog dagelijks van profiteer. Ik kon de stap zetten om naar Thailand te verhuizen, een stuk land te kopen, er een huisje op te bouwen en een vrijwel zorgeloos leven te leiden. En dat alleen omdat ik rijk geboren ben. Nee, niet rijk volgens Nederlandse begrippen, maar stinkend rijk in Thaise ogen. Ook daar kan ik me niet schuldig over voelen. Het is me overkomen. Ik kan mijn rijkdom hier aanwenden om armoede te verlichten. Maar ik blijf rijk. 

Ik hoef daar ook niet veel voor te doen. Met onze pensioentjes zouden we in Nederland net een minimumloon halen, maar hier houden we daar nog genoeg van over. We zijn best druk met het werk op het landje en de verzorging van de veestapel, maar als we de hele dag op ons gat zouden zitten zouden die pensioentjes onverminderd binnen komen. Ons minimumloon is ongeveer 6 keer zo hoog als het Thaise. Pensioenen zijn vooral weggelegd voor wie werkt bij de overheid, waaronder ook onderwijs en gezondheidszorg vallen. Voor de rijstboeren hier zijn kinderen en familie het pensioen en dat gaat pas in als ze echt zelf niet meer kunnen. Terwijl wij afgelopen zondag op ons gat zaten, was een groep Thai op het naastgelegen land bezig met de hand de rijst te oogsten. Best makkelijk, rijk zijn.

Ik heb hier in Thailand kennisgemaakt met de impact van white privilege, toen ik vanwege mijn prima ziektekostenverzekering van het staatsziekenhuis verhuisde naar het privé-ziekenhuis. Een keuze uit eigenbelang, maar had ik hem niet gemaakt, dan had ik in het overvolle staatsziekenhuis een bed bezet gehouden waar iemand geholpen zou kunnen worden die zich geen privé-ziekenhuis kan veroorloven. Solidair zijn en niet mijn bevoorrechte positie verzilveren zou averechts uitgepakt hebben. Een bizar dilemma, dat me behoorlijk in verwarring heeft gebracht, maar waarvan ik ook weer moet concluderen dat het me overkomen is, simpelweg door in Nederland geboren te worden. 

En zo kan ik mezelf comfortabel voorhouden dat het weliswaar oneerlijk is hoe de rijkdom in de wereld verdeeld is, maar dat mij persoonlijk op dat punt geen blaam treft; het was al zo toen ik de wereld betrad. Of beter gezegd: ik KON mezelf dat voorhouden. Want voor het eerst in mijn leven doet zich ondubbelzinnig de situatie voor waarin de keuze die ik maak direct gevolgen heeft voor een ander op de wereld. Toen het nog ging over de eerste vaccinaties kon ik mezelf nog geruststellen met de gedachte dat Thailand in ieder geval niet hoorde bij de landen die grootschalig veel meer inkochten dan ze nodig hadden en ook niet bij de landen waarvan je mocht verwachten dat ze de zorg voor de armste delen van de wereld op zich zouden nemen. Zelf vond ik een prik hier op ons afgelegen plekje niet eens zo nodig, maar vanwege de corona-angst in het dorp heb ik toch maar toegegeven. 

Nu is er dan de booster, althans, in de westerse landen. Hier in Thailand is men nog volop met de gewone inentingscampagne bezig; in sommige delen van Afrika is men zelfs daar nog nauwelijks mee begonnen. In die landen dreigt verder uitstel, omdat het westen eerst moet boosteren. Ik citeer uit het interview met hoogleraar Virologie Sanders (Trouw, 29 november 2021), naar aanleiding van de nieuw ontdekte variant: Er lijkt nu te gebeuren wat velen het afgelopen jaar voorspelden. Het rijke Westen maakt zich druk om een derde prik voor de eigen bevolking in plaats van de vaccins eerlijk te verdelen. Met zoveel ongevaccineerden in de wereld krijgt het virus ruim kans gevaarlijke mutaties te verwerven. Sanders trekt het nog breder. “De kans is groot dat de omikron zijn vele mutaties heeft opgedaan in het lichaam van iemand met een verzwakte afweer. Iemand met hiv bijvoorbeeld die niet wordt behandeld. Daar zijn er in zuidelijk Afrika miljoenen van. Wij dachten dat we aids onder controle hadden en bekommerden ons niet meer om die mensen. Daar krijgen we nu de rekening voor gepresenteerd.”

Met de booster bescherm ik mezelf, met het inenten van mensen die nog niets gehad hebben draag ik bij aan het beschermen van de mensheid op de langere termijn. Ik heb de keuze, want ik heb het geluk heeft geboren te zijn in een land waar die keuze überhaupt gemaakt kan worden. Maar als ik voor de booster kies kan ik me niet meer onttrekken aan medeverantwoordelijkheid voor de gevolgen die dat heeft in Afrika. Kolonisatie: ik was er niet bij. Slavernij: dat was vóór mijn tijd. Rijkdom: daar heb ik niet voor gekozen. Corona: ehhhhhhhh, ander onderwerp graag.

Ander onderwerp? De gemiddelde CO2-uitstoot per persoon is wereldwijd 4,8 ton. In Nederland is dat 9,62 ton, in Thailand 3,93. In Congo 0,08, in Qatar 37,29. Er is warempel nóg een onderwerp waarin ik verantwoordelijkheid niet kan ontlopen. Daar hoef ik geen blog meer over te schrijven; dat is nu ook wel duidelijk.



23 november 2021

Hulp aan Birmezen uitgebreid

Van de MAP foundation, de stichting die Birmese werkers ondersteunt met voedselpakketten (zie deze blog), kregen we een kort verslag van de voortgang van het project. De oproep die we in augustus deden was geïnitieerd door een mede-bestuurslid van de Foundation for Education of Rural Children. In totaal konden met de donaties die volgden op die oproep zo'n 300 foodbags worden gekocht. Daarvan kwamen er bijna 70 van lezers van onze blog. Een druppel op een gloeiende plaat, maar samen met veel andere druppels kon de plaat toch wat afgekoeld worden.

Het merendeel van de pakketten is terechtgekomen bij werkers en hun gezinnen in Chiang Mai. Recentelijk is zijn er ook mensen van de stichting naar Fang, een stadje bij de Birmese grens in het uiterste noorden van Thailand, gereisd om pakketten te brengen bij Birmezen die daar in de sinaasappelplantages en fabrieken werken. Geheel in Thaise stijl zijn daar foto's van gemaakt. In Nederland zou dat privacygevoelig liggen, maar hier is dat heel gewoon. Zelfs wie gearresteerd wordt staat met naam, woonplaats en foto in de krant, meestal omringd door de trotse agenten die de arrestatie hebben uitgevoerd en een nog trotsere chef die de kans op nog een lintje erbij op zijn al volgehangen uniformjasje weer ziet groeien. Maar dat ter zijde.

Foto: MAP Foundation

Positief nieuws is dat de MAP-foundation is ingeschakeld door de provinciale gezondheidsdienst om te helpen bij alles wat met corona te maken heeft. De Birmezen zijn een extra kwetsbare groep doordat ze met velen in kleine woningen leven, buiten de standaard gezondheidszorg-programma's vallen en mede daardoor moeilijk van informatie te voorzien zijn. Dankzij de samenwerking komen voorlichting, tests en vaccinaties nu binnen het bereik van die groep.

Foto: MAP Foundation

Inmiddels is Thailand weer open voor toeristen. Hoewel de heropening met veel optimistische verwachtingen werd gepresenteerd komen er nog maar mondjesmaat mensen het land in. De meesten daarvan zijn vermoedelijk mensen die hier een huis en/of een vrouw hebben. Het is twijfelachtig of het toeristen-hoogseizoen, dat rond deze tijd zou moeten beginnen, een beetje van de grond wil komen. De kans dat dat pas volgend najaar gaat lukken is realistischer. Er is dus voorlopig nog werk aan de winkel voor MAP en al die andere organisaties die proberen het lot van degenen die het zwaarst getroffen zijn een beetje te verlichten.

Brahm Press, de man achter de MAP Foundation, vroeg ons om "the Dutchies" hartelijk te bedanken voor hun donaties. Bij dezen dus. En wie meer wil weten over de hulp aan Birmese werkers kan de eerder genoemde blog nog eens teruglezen.

15 november 2021

Wakkerhouders

Toen we nog in Chiang Dao woonden hebben we onder meer een Franse vrouw leren kennen die al een paar jaar op zoek was naar een woonplek. In eerste instantie dachten we dat het dan blijkbaar heel moeilijk was om hier een woning te vinden, maar toen we een middagje met een makelaar rondtoerden vertelde die (privacy is geen issue in Thailand) dat een van haar eisen was dat er absoluut geen geluid van buren of andere omgeving te horen mocht zijn.  Hij kende wel zulke plekken, maar durfde die niet aan haar aan te bevelen. Veel te gevaarlijk voor een alleenstaande westerse vrouw, vond hij.

Huisje kijken bij Chiang Dao

Wie op zoek is naar stilte moet niet in Azië zijn, hebben we wel eens iemand horen zeggen, en voor Thailand gaat dat inderdaad grotendeels wel op. Er waait regelmatig muziek over uit het dorp, afhankelijk van de windrichting hoor je verkeer op de weg naar Lampang, je hoort de bosmaaiers, de treintoeter, soms een tractor, voorbijkomende brommers en momenteel is het de tijd van de rijstoogst en zoemt de rijstmolen op de achtergrond. En is er iemand overleden of is het een Boeddhistische feestdag, dan hoor je de monniken. Op de plekken waar we eerder woonden of op vakantie gelogeerd hebben was dat altijd min of meer hetzelfde. We zijn eraan gewend, we vinden het niet erg, en er zijn nog heel veel momenten dat het hier heerlijk stil is.

Rijstoogstmachine

Stilte is overigens een subjectief begrip. Het kan zo maar zijn dat wat wij als een heerlijke stilte ervaren, voor een bezoeker uit Nederland een slapeloze nacht betekent. Want er is altijd wel het geluid van krekels, cicaden of kikkers. Dat kan soms behoorlijk hard zijn, maar het is zo alom tegenwoordig dat we eraan gewend zijn en het ons niet meer opvalt. Wij liggen daar dus niet wakker van.

Toch hebben we de afgelopen week een paar gebroken nachten achter de rug. Debet daaraan was een roedel honden, die door de omgeving zwierf en de sala van een buurman als nachtelijke uitvalsbasis had gekozen. Zo'n beetje om het uur lieten die honden van zich horen door onderling ruzie te maken of klagelijk te gaan huilen. Onze eigen honden vlogen dan luid blaffend naar buiten en wij zaten rechtop in bed. 

In eerste instantie probeerden we dat op te lossen door 's nachts de deur dan maar dicht te doen. Nu onze honden doorhadden dat ze niet naar buiten konden, reageerden ze inderdaad niet meer zo heftig op de wilde groep. Alleen begonnen ze zo tegen een uur of 3 zachtjes maar o zo irritant klagende piepgeluidjes te maken. Ze zijn niet gewend dat ze niet naar buiten kunnen voor het doen van hun behoefte en er was sprake van hoge nood. Daar moesten we dus voor het bed uit.

Duidelijk was nu dat het probleem alleen kon worden opgelost door de roedel wilde honden te verjagen. Maar hoe? We zouden het de buren kunnen vragen, maar zijn bang dat die dat op een weinig diervriendelijke manier zullen doen. Gelukkig biedt internet voor alles een oplossing. We vonden een paar video's met voor honden (en naar bleek ook voor onszelf) zeer onaangename geluiden. Die bleken te helpen. Zodra het geblaf en gehuil 's nachts begon zetten we zo'n videootje aan en onmiddellijk kozen de honden het hazepad. Na de 2e nacht bleven ze een nacht weg, maar na de nacht erna nog een keer met gepiep bestookt te zijn, zijn ze nu al een paar nachten weggebleven. We kunnen de deur weer open laten 's nachts.

Een ongestoorde nachtrust was daarmee echter nog geen feit. Weliswaar was het geblaf nu opgehouden, maar daarvoor in de plaats begon het geknaag. Het leek van vlak achter mijn hoofd te komen en het was te hard om door een hout-etend insect te worden voortgebracht. Ik inspecteerde de ruimte tussen matras en houten bedombouw, maar daar was niets te zien. Ik ging weer liggen en hoopte dat het overging, maar het geknars werd alleen maar intensiever. Ik stond op en probeerde het te localiseren, maar als ik met een lampje scheen hield het knagen op. Uiteindelijk was de conclusie dat het geknars uit een klein ladenblokje kwam. Eén voor één opende ik de laatjes. Toen ik het onderste open trok werd ik, schrik o schrik, besprongen door iets onbekends. Via mijn knie sprong het op de grond en verdween. Ik heb niet kunnen zien wat het was, maar dat werd wel duidelijk toen ik het laatje helemaal uit het blokje trok. Tussen de ammonieten die nog een plek in het mozaiekwerk moeten krijgen zat een stel net geboren muisjes. Moeder muis had de papiertjes waarop staat wie in Nederland de andere helft van de betreffende steen heeft in haar nest verwerkt. Voorwaar een mooie bestemming, maar onze liefde voor de natuur gaat niet zo ver dat we een muizennest achter het hoofdeind van ons bed ongemoeid laten.

Rennende muizen en ratten behoren sowieso tot de wakkerhouders. Dat ze vogelnestjes leegroven en op zolder piesen nemen we ze ook niet in dank af en voor zover er nog sprake was van enige sympathie hebben ze die wel verspeeld door me met de ziekte van Weil op te zadelen. Ze horen bij het leven tussen de rijstvelden, maar we proberen ze zo goed en zo kwaad als het gaat toch uit de buurt te houden.

Een van de meest komische wakkerhouders, hoewel we er midden in de nacht niet echt om kunnen lachen, is de kievit. Die maakt een nest op de grond en zodra er gevaar dreigt vliegt hij op om met veel kabaal een potentiële nestrover af te leiden, zodat die het nest niet vindt. Op zich zouden we daar niet wakker van worden, maar helaas heeft Yindee een verband gelegd tussen voorbijgangers op de weg en de alarmroep van de kievit. Zodra de kievit zich laat horen vliegt Yindee blaffend naar het hek. Ook 's nachts. De blaffende hond is op zich weer een bedreiging voor de kievit waardoor deze er nog een schepje bovenop doet en zo ontstaat een zichzelf in stand houdend alarmsysteem. Heel komisch, maar het mag allemaal wel wat zachter. Dat hebben we Yindee intussen ook redelijk bij kunnen brengen. De kieviten moeten het tegenwoordig wel heel bont maken om haar aan het blaffen te krijgen.

Voor het inperken van de ergste wakkerhouder kregen we hulp van de natuur zelf. Ik heb het dan over de feestjes, die hier in Thailand alleen maar geslaagd kunnen zijn als er karaoke gedaan kan worden. Over hoe zich dat ontwikkelt als de avond vordert en de flessen zelfgestookte whissekie leeg raken hoef ik denk ik niks te schrijven. Sinds de corona-uitbraak is het echter gedaan met die feestjes. De laatste weken komt er zo nu en dan wel weer eens wat muziek uit een van de omliggende dorpen aanwaaien, maar een party tot diep in de nacht is er al heel lang niet meer geweest. Mocht dat er ooit weer van komen, dan hebben we gelukkig nog een doeltreffende remedie in huis: oordopjes.

07 november 2021

Manies

In één klap zijn we een stuk rijker geworden. En dat zonder de loterij te winnen of een erfenis te krijgen. Eigenlijk hebben we er niets extra's voor hoeven doen. Het is gewoon vanzelf gegaan. 

Het begon allemaal toen Phan, onze 'Thaise zoon', liet weten dat hij langs zou komen. Een hele verrassing, want hij woont al weer een tijdje in Phuket en dat ligt op zo'n 1500 kilometer van Lampang. Zijn oom, die ook in Phuket woont, bleek een auto gekocht te hebben in Lampang en die gingen ze samen ophalen. Het ging om een simpel tweedehandsje, dus waarom dat van zo ver weg gehaald moest worden (vergelijk het met dat je vanuit Nederland een auto koopt en gaat ophalen in Barcelona) is ons een raadsel, maar we zijn inmiddels gewend aan de onnavolgbare Thaise logica, dus we hebben er maar niet naar gevraagd.

Natuurlijk was het een hartelijk weerzien, waarbij Phan ook alle dieren even moest knuffelen en aan oom en de ook meegekomen tante moest laten zien wat hij allemaal bij ons geknutseld had. Hij was ook zeer verrast door de hoogte van de bomen en andere begroeiing. In januari was hij voor het laatst geweest en toen kon je nog vanaf de weg het hele landje overzien. Nu is het een groene oase, zoals we al in een eerdere blog schreven. 

Die groene oase blijkt de oorzaak te zijn van onze opmars richting Quote 500. Dat bleek toen we stekjes gingen verzamelen om mee te geven aan tante, die ook dol is op plantjes. De afgelopen weken heeft Mieke volop nieuwe schaduwplantjes geplant. Dat kon tot voor kort niet, omdat er te weinig schaduwplekken waren, maar nu is dat dus compleet veranderd. Phan wees op één van de plantjes en vertelde dat dat op de markt momenteel 100.000 baht, zo'n 2700 euro, kost. We grapten nog dat hij het voor 50.000 mee mocht nemen en besteedden er verder weinig aandacht aan. Ik vermoedde dat hij zich in de Engelse getallen vergist had. In het Thais is de opbouw van getallen namelijk anders dan bij ons. Het rijtje duizend, tienduizend, honderdduizend is in het Thais phan, meung, sen. Vertalen naar het Engels kan voor een Thai dus best verwarrend zijn.

100.000 baht (€ 2.700)

Toch liet het ons niet helemaal los. Phan zou best meung vertaald kunnen hebben met 100.000 in plaats van 10.000, maar zelfs 10.000 baht is nog altijd een exorbitant bedrag voor een plantje. We zijn daarom maar eens op onderzoek uitgegaan en wat bleek? Er is in Thailand sprake van een soort tulpenmanie: een plantjes-met-mooie-blaadjesmanie. Of Phan gelijk had met de prijs voor het specifieke plantje dat hij aanwees weten we niet, maar dat er waanzinnige prijzen voor plantjes gevraagd worden blijkt te kloppen. In het filmpje hieronder bezoekt een Australier een plantenmarkt in de zuidelijke badplaats Hua Hin en valt van de ene verbazing in de andere. De hoogste prijs die hij tegenkomt is maar liefst 3,9 miljoen baht, ruim 100.000 euro. Helaas wordt niet duidelijk of dat bedrag er ook daadwerkelijk voor gegeven wordt. (Als de video niet zichtbaar is, ga dan naar https://www.youtube.com/watch?v=c9aikFrZWp0)

Nu zitten we hier met de nodige plantjes-met-mooie-blaadjes en daarmee zijn we vermoedelijk dus stinkend rijk. We zouden nu een hoge muur om het landje moeten bouwen, met camera's op alle hoeken en felle verlichting overal. En we zouden wat mensen moeten inhuren om de plantjes-met-mooie-blaadjes constant in de gaten te houden en te ontdoen van rupsen en andere bladeters. Maarja, om dat te betalen zouden we de plantjes-met-mooie-blaadjes moeten verkopen en dan hebben we al die poespas niet meer nodig. Een heuse catch-22, alleen zitten we er niet in gevangen, want net als de tulpenmanie gaat de plantjesmanie ook wel weer over. Bovendien willen we de plantjes niet kwijt, weten we niet zeker of onze plantjes ook wel zo veel waard zijn en hebben we geen idee hoe we ze zouden moeten verkopen en aan wie. We voelen ons al rijk genoeg met de mooie tuin, al die dieren om ons heen, ons relaxte leventje hier in dit mooie land en elkaar.

Oplettende lezertjes (ja Frans, die is speciaal voor jou) is het ongetwijfeld opgevallen dat er met Phan iets aan de hand is. In de tweede alinea noemen we hem onze Thaise zoon, en bij de uitleg over de Thaise duizendtallen komt phan ook weer terug als vertaling van duizend. Zijn naam is eigenlijk Prasong, maar net zoals alle Thai wordt hij in het dagelijks leven door iedereen aangesproken met zijn bijnaam, die inderdaad duizend betekent. We kennen hem al van voordat we naar Thailand verhuisden, zijn goede vrienden geworden en op een gegeven moment heeft hij gevraagd of hij ons mom en dad mocht noemen. Dat mogen we als een hele eer beschouwen (en qua leeftijd zou het goed gekund hebben), dus sindsdien heeft hij een Nederlandse mom en dad, hetgeen betekent dat wij vanaf hetzelfde moment een Thaise zoon hebben.

28 oktober 2021

Natte geit

Het is nat. Zeiknat. Op sommige delen van het landje staan nog flinke plassen, op andere plekken, waaronder delen van de paardenwei, is het een modderboel. We hebben de natste regentijd sinds we hier zijn achter de rug. Of eigenlijk hebben we die nog helemaal niet achter de rug; het regent nog steeds om de paar dagen. En doordat er al heel veel regen gevallen is, én een gemiddelde regenbui hier overeenkomt met een zware regenbui is Nederland, is de grond verzadigd van het water en zijn de plassen na iedere bui weer enorm aangegroeid. Gelukkig laat de zon zich ook vaak zien, waardoor er ook snel weer veel water verdampt, maar het blijft een natte boel hier. 

Ruim een maand geleden schreef ik al dat bomen en struiken als een groene bom de grond uitgeschoten zijn, nadat ze de eerste 3 jaren maar beetje bij beetje wilden groeien. De afgelopen maand zijn ze daar vrolijk mee verder gegaan. Daardoor hebben we ineens een overvloed aan schaduwplekjes, maar tegelijkertijd wordt het zicht belemmerd op de zonsopkomst, die we de komende maanden weer vanuit bed kunnen bewonderen, als er tenminste geen begroeiing in de weg staat. En ook op de bergen hebben we niet meer het vrije uitzicht dat we hadden. Nu het gras maaien wat minder tijd begint te vergen, komt daar het snoeien voor in de plaats. Daarmee houden we tenminste ook wat doorkijkjes open.

Sommige planten zijn zo fanatiek dat ze de lichtval op de zonnepanelen belemmeren. Ook die krijgen onverbiddelijk met de snoeizaag te maken. De opbrengst van de panelen gaat namelijk onevenredig hard achteruit zelfs als er maar een deel van een paneel minder licht vangt.

Wat er ook gesnoeid moet worden, of eigenlijk volledig uitgeroeid, zijn de hardnekkige stekelplantjes die overal uit de grond schieten. Er is er eentje bij die zijn zaadjes op een ingenieuze manier verspreidt. Ze zitten in miniscule doorntjes met nog minisculere weerhaakjes en als je er tegenaan loopt zit je broek/lungi/jurk daar meteen helemaal vol mee. De enige manier om de doorntjes uit je kleren te krijgen is door ze er één voor één uit te trekken. Laten zitten kan ook, maar dan beginnen ze vroeg of laat langs je benen te krassen. We hopen maar dat we ze door telkens te blijven maaien het leven zuur kunnen maken. Met de eveneens stekelige kruidje-roer-me-niet werkt die taktiek in ieder geval niet. Nu de grond dankzij de vele regen zacht is, proberen we die er zo veel mogelijk helemaal uit te trekken.

De vele harde regenbuien die nu al 6 maanden lang meerdere keren per week vallen zijn ook een flinke aanslag op de pittoreske grasdakjes. Zelfs op de stal van Surya moet al gras worden bijgelegd, maar we moeten nog uitvogelen hoe we dat het handigste kunnen doen. Een ladder in een modderige wei met een overenthousiast ronddartelend veulen... ik zie het plaatje al voor me: ik, liggend in de modder, Mieke schaterend aan de kant en Surya met haar hoofd door de ladder, verbaasd hinnikend om alle ophef. We zijn maar eerst begonnen met het herstellen van het grasdakje van een van de sala's, zodat we alvast wat ervaring als grasdakdekkers kunnen opdoen. Gelukkig ligt er onder het grasdak van het stalletje nog een laagje golfplaat, dus binnen blijft het in ieder geval droog.

Dan is er natuurlijk ook nog het ritueel van het legen van de overloopput. Die hoort eigenlijk alleen gevuld te worden vanuit de septictank, met water waaruit de "zwaardere bestanddelen" (ik zal niet in details treden) zijn bezonken. Dat water is nog prima geschikt voor de tuin. Maar tijdens zware buien loopt er ook water vanuit de grond in de overloopput, zodat er minimaal wekelijks gepompt moet worden, terwijl de tuin helemaal geen extra water nodig heeft. 

De nattigheid is kaasje voor de takaab. In de eerder genoemde groenebomblog kwam die reuzeduizendpoot ook al even voorbij, nadat Mieke met de beet van het beest had kennisgemaakt, gelukkig zonder ernstige gevolgen. Het controleren van kleding en laarzen voordat we die aantrekken is een standaardhandeling geworden. En bij het werken in de tuin gaan ook de werkhandschoenen aan. Je weet immers maar nooit wat er rondloopt. Van de week voelde ik bij het aantrekken van een handschoen een steek in mijn vinger. Snel trok ik mijn hand er weer uit, waarna er ook een takaab uit tevoorschijn kwam. Net als Mieke had ik mazzel dat het om een klein exemplaar ging. Het brandde flink, maar niet zo erg als waar we op grond van de verhalen bang voor waren.

Het is intussen een uitdaging geworden om goed beschermd tegen plassen, stekelplantjes en takaabs in de tuin te werken. Voor het grasmaaien heb ik een speciale lungi, die intussen helemaal vol zit met doorntjes. Voor het overige werk is er de charmante combinatie van laarzen tegen water en takaabs, een kortere lungi die niet langs de stekelplantjes gaat en werkhandschoenen tegen allerlei prikkende en bijtende planten en dieren. We kunnen alleen nog maar dromen van de tijd dat je slechts gehuld in een vijgenblaadje door het paradijs kon flaneren; die ligt reeds lang achter ons.

Adam en Eva zijn weggelopen uit het schilderij 
"De zondeval" van Cornelis van Haarlem uit 1592


06 oktober 2021

200

Dit is hem dan. De mijlpaal. De 200e blog. Toen we er ruim 7 jaar geleden mee begonnen was het idee dat we gewoon voor onszelf wilden opschrijven hoe het ons eerst op weg naar, en later levend in Thailand verging. En dat is eigenlijk nog altijd het uitgangspunt. Dat er een vaste groep meelezers is maakt het extra leuk om te doen.

Misschien vraag je je af of die 7 jaar wel klopt. We zitten immers nog geen 5 jaar in Thailand. Maar de allereerste blog is inderdaad van ruim 7 jaar geleden, om precies te zijn van 25 augustus 2014. Onder de titel "Schoonmoeder" verscheen een aankondiging van ons voorgenomen vertrek. In eerste instantie was dat bedoeld voor de website Thailandblog, maar we besloten spontaan om er ook maar een eigen blog mee te beginnen. Dat was wat optimistisch, want de beloofde verhalen over de verdere voorbereidingen zijn er nooit gekomen. Pas in maart 2015 verschenen er 8 nieuwe blogs, geschreven tijdens een vakantie in Thailand.

Bijna een jaar later, op 7 januari 2017, beginnen we echt op stoom te komen. We hebben dan net een waanzinnig mooi gelegen huisje in Chiang Dao gevonden, dat we kunnen gaan huren. Dat moeten we natuurlijk even aan de wereld laten weten.

Vanaf het moment dat we in Thailand zijn gaat het hard met de blogs. Elke week verschijnt er minstens één. Logisch, want alles is nog nieuw, dus de onderwerpen worden ons op een presenteerblaadje aangereikt. Naarmate we hier langer zijn loopt de frequentie iets terug, maar het lukt toch nog altijd om zo ongeveer elke twee weken iets nieuws te schrijven.

Statistieken

Bij een mijlpaal hoort terugkijken, dus ik ben maar eens even in de statistieken gedoken.

  • Het aantal lezers schommelt zo'n beetje tussen de 20 en de 50. Dat is dan exclusief de lezers van het Boeddhistisch Dagblad, waarover later meer.
  • Het meest gelezen is de blog "ผงซักฟอกล้างจาน"van 3 oktober 2017. Met 283 lezers steekt deze met kop en schouders boven de rest uit. Waarom is me een raadsel. In eerste instantie hebben slechts 23 mensen het verhaal gelezen, maar in juni 2018 kwamer er ineens 80 bij en in maart 2019 nog eens 125. Het lijkt alsof er ergens links naar die blog hebben gestaan.
  • Aan de andere kant is er dan de blog "Kikkerbilletjes", die het met een magere 6 lezers heeft moeten doen. Ook dat is niet goed verklaarbaar, want het is een bijzonder verhaal over het bevrijden van een gulzige slang en er staan erg fraaie foto's bij. Wie de kikkerbilletjes gemist heeft moet het beslist alsnog even lezen.


  • Ik heb geprobeerd te bedenken wat mijn eigen favoriete blog is, maar daar kom ik niet goed uit. Ik hou van de beschouwingen over de taal en geniet van alles wat we in Nederland absoluut onlogisch vinden maar wat hier heel gewoon is. Maar als ik dan een favoriet moet noemen is dat er een die de gebeurtenissen uit het dagelijkse leven overstijgt. De blog van 21 september 2020 over Somtjid Wongtang bijvoorbeeld.

Een van de meest bijzondere blogs vindt ik nog altijd Pong Veegt, door Mieke geschreven en geplaatst op 29 oktober 2017. Gewoon omdat het een prachtige beschrijving van een dagelijks ritueel is, maar ook omdat dat de blog is die op een of andere manier onder de aandacht van het Boeddhistisch Dagblad is gekomen. Het was de eerste blog die ook in die online krant verscheen en sindsdien zijn onze blogs ook daar te lezen. Een hele eer.

En nu op naar de 300. Zolang we het leuk vinden om te schrijven blijven we dat doen. Een week of 3 geleden schreef ik over de metselwesp die mijn notitieboek had dichtgemetseld. Toen we het weer open hadden weten te krijgen hebben we er natuurlijk even doorheen zitten bladeren en bedacht dat het leuk zou zijn om gedichten die daarin staan als blogs op te nemen. Mieke heeft ook zo'n boek, dus we kunnen dan even vooruit, ook als de inspiratie ons onverhoopt wat in de steek laat. Dan moet die 300e er wel een keer van gaan komen.

20 september 2021

APK

Onze auto is deze maand 7 jaar oud en dat betekent dat hij gekeurd moet worden. Als je ziet wat hier allemaal op de weg rijdt vraag je je af hoe dat door zo'n keuring is gekomen. Auto's waar geen raam of deur meer in zit, creatief opgelapte auto's, auto's die een dikke sliert zwarte rook uitspugen, auto's zonder achterlichten; bedenk iets ondenkbaars en je ziet het hier rondrijden.

We hebben al eens bij andere buitenlanders geïnformeerd hoe die het doen, maar de meesten regelen dat niet zelf, of hebben een veel jongere auto. Uiteindelijk stuurt iemand ons het embleem van een erkend keuringsstation, dus nu weten we waar we op moeten letten. In Hang Chat, het dichtsbijzijnde stadje, blijkt er ook een te zitten.

Helaas lees ik in de periode dat we een en ander aan het uitzoeken zijn het verhaal van iemand die voor meer dan 3000 euro aan zijn auto moet laten repareren, maar als hij ergens anders naartoe gaat voor nog geen 500 euro klaar is. Het is het soort verhalen dat we hier bij regelmaat horen, maar soortgelijke ervaringen hebben we zelf nog niet gehad. Toch denken we na over hoe we het risico daarop zo klein mogelijk kunnen houden. Ik had me sowieso al voorgenomen om eventuele noodzakelijke reparaties niet bij het keuringsstation, maar bij onze vaste garage te laten uitvoeren. En Mieke stelt voor om even langs onze vriend Pladith te rijden om te vragen of het keuringsstation in Hang Chat betrouwbaar is. We hopen stiekem dat hij dan even meerijdt.

Pladith blijkt zelf ook altijd naar Hang Chat te gaan voor de keuring en hij is er heel tevreden over. Hij biedt helaas niet aan om mee te gaan. Ik vraag hem nog hoe lang het duurt en wat de kosten zijn. 1 of 2 weken, antwoordt hij, en het kost zo'n 3000 baht. Oeps, daar had ik niet op gerekend. Je kan toch moeilijk twee weken zonder zitten, en 3000 baht is zo'n 80 euro. Dan is de Nederlandse APK goedkoper.

Ik rijd naar het keuringsstation en meld me bij een tafeltje, met het autoboekje, paspoort, verzekeringsbewijs en kopieën van van alles. Autoboekje en verzekeringsbewijs zijn voldoende; de rest kan weer in de tas. Het is zo'n beetje de eerste keer dat er minder papieren gevraagd worden dan we vooraf hadden bedacht. Er zit een vrouw te wachten; ik vermoed dat haar auto momenteel gekeurd wordt. Ze begint een gesprek, maar ik kan absoluut niet verstaan wat ze zegt. Toch hebben we zo langzaamaan wel geleerd om bepaalde woorden te herkennen die met bepaalde vragen samenhangen. Joetie bijvoorbeeld, komt voor in de vraag waar we wonen. Pratheet betekent land. Pie is jaar. Dus hoor ik joetie voorbijkomen, dan antwoord ik dat we in Nong Noi wonen, zit er pratheet in de vraag dan vertel ik dat we uit Nederland komen en bij pie antwoord ik dat we al 4 jaar in Thailand zijn.

Dan wordt me met handen en voeten uitgelegd dat ik mijn auto achter de auto moet zetten die al binnen staat. Als die andere auto weg is stapt de man van het keuringsstation in onze auto. Hij start, rijdt 2 meter en trapt dan hard op de rem. Dan tijdt hij weer 2 meter en trapt zachtjes op de rem. Voordat hij uitstapt zet hij de lichten aan. Dan controleert hij met een of ander apparaat de stand van de koplampen. Vervolgens rijdt hij weer een klein stukje totdat de achterwielen op een soort verdiepte rollenbank zakken. De wielen draaien een stukje vooruit en dan een stukje achteruit. Wat er precies getest wordt is me een raadsel. De auto wordt weer een stukje vooruit gereden. De man stapt uit en komt naar het tafeltje. Hij begint van alles op te schrijven en uiteindelijk krijg ik de rekening: 1300 baht. De keuring is al klaar; de auto is goedgekeurd. Over een week moet ik terugkomen om de kentekensticker op te halen.

Alle Thaise auto's en motoren moeten een geldige sticker hebben. Die sticker krijg je als je je autobelasting gaat betalen. Dan moet je ook laten zien dat je de verplichte verzekering voor je auto hebt afgesloten en vanaf 7 jaar moet je ook een keuringsbewijs hebben. De sticker betekent dus dat je aan al die verplichtingen hebt voldaan. De afgelopen jaren moesten we naar Lampang voor die sticker, maar blijkbaar regelt het keuringsstation dat nu. Dat scheelt weer een ritje.

Als ik thuis de rekening vertaal wacht er nog een aangename verrassing: niet alleen is het bedrag een stuk lager dan Pladith dacht, maar de 1050 baht jaarlijkse autobelasting zit al bij het bedrag dat ik betaald heb in. De keuring zelf kostte dus maar 250 baht (€ 6,50). En de 1 a 2 weken die Pladith noemde is de tijd die het kost om de sticker te krijgen. De keuring zelf duurde nog geen 5 minuten.

De vraag hoe het kan dat er zo veel wrakken op de weg rijden is nu ook beantwoord. Zolang de remmen het doen en de koplampen goed zijn afgesteld is het okee. Er wordt niet gecontroleerd op achterlichten, remlichten, knipperlichten, draagbalken, schokbrekers, bandenprofiel, uitstoot, spiegels, gordels ..... En zo was ook deze nieuwe ervaring uiteindelijk weer een fluitje van een cent (1/3 baht).

14 september 2021

Groene bom

De regentijd begon vroeg dit jaar en was er maandenlang een zoals we die ieder jaar wel zouden willen hebben. De gigantische stormen waarmee het begin van de regentijd normaal gesproken gepaard gaat bleven achterwege. En in plaats van de hevige plensbuien die de grond meteen dichtslaan waren het dit jaar gestage regens, om de zoveel dagen, die steeds volledig door de grond werden opgenomen. Dat deed de tuin goed. Bomen en struiken zijn met onvoorstelbare snelheid de grond uitgeschoten, alsof er een groene bom geëxplodeerd is. Ons huis viel altijd meteen op als je het dorp uitreed, maar nu zie je het niet meer. Het gastenhuisje dat er nu ruim een jaar staat zou nu niet meer geplaatst kunnen worden omdat de vrachtauto er niet meer door kan. Vanaf het balkonnetje van het gastenhuisje is ons huis ook niet meer te zien. We hadden er rekening mee gehouden dat het wel een jaar of 5 kon duren voordat het groen een beetje aan begon te slaan, maar dat gebeurde dus al na 3 jaar.

Eind augustus kregen de regens alsnog een moesson-achtig karakter. Vrijwel dagelijks kregen we enorme hoeveelheden water te verwerken. De luchtvochtigheid was zo hoog dat het haast onmogelijk was om de was te drogen. Aangename verrassing was wel, dat alle water steeds weer werd afgevoerd. We vermoeden dat veel bomen hun wortels inmiddels door de vette kleilaag geboord hebben en daarmee een natuurlijke drainage hebben bewerkstelligd. Maar uiteindelijk gingen de regens toch te lang door en begonnen zich overal grote plassen te vormen. We begonnen ons zorgen te maken over Surya, want haar wei kwam ook steeds meer blank te staan. Haar stalletje bleef gelukkig wel goed droog, maar als het veel erger zou worden zouden we haar tijdelijk weer op de paardenfarm moeten stallen.

Ook voor de schildpadden werd de nattigheid een probleem. Nadat ze een jaar of twee in een omheind stukje van de tuin hadden gezeten hadden we ze juist vrijgelaten, zodat ze nu in het grootste deel van het landje kunnen rondbanjeren. Ze waren meteen fanatiek aan het graven gegaan, want ze overnachten in een hol onder de grond. Door de voortdurende regens liepen die holen echter vol, of ze stortten zelfs in. Gelukkig is dat goed afgelopen, maar we hebben ze wel weer even teruggezet binnen de oorspronkelijke, kleinere omheining. Zodra het wat droger wordt mogen ze hun gang weer gaan.

Vandaag is het de derde dag op rij zonder regen en zelfs met aardig wat zon. Al het water dat op het landje stond is nu al verdwenen. De regenkansen nemen echter de komende dagen weer flink toe, dus we moeten maar afwachten of het een beetje binnen de perken blijft.

Die zware regenbuien hebben niet alleen maar nadelen. Zo konden we met een handige constructie het water van het dak in de net schoongemaakte cold tub laten lopen. Met kraanwater duurt het een paar uur voordat die vol is, maar nu was dat met een goed half uur gebeurd. Ook kunnen we tijdens zo'n bui prima douchen. Het regenwater heeft hier een aangename temperatuur.

De vochtigheid zorgt wel voor ongenode gasten. Mieke werd van de week na het douchen gebeten door een takaab, een reuze-duizendpoot, die in haar handdoek zat. Het is routine om handdoeken en kleding voor gebruik te controleren en uit te slaan, maar soms vergeet je zoiets een keer. Gelukkig was het een vrij klein exemplaar en wellicht heeft ie niet helemaal doorgebeten, want het viel mee met de pijn. Takaabbeten staan normaal gesproken bekend als uiterst pijnlijk (pijnlijker nog dan schorpioenbeten) en soms is behandeling in het ziekenhuis noodzakelijk. 

In dit seizoen zijn ook de metselwespen actief. Een urntjeswesp probeert al weken lang een urntje aan de rand van onze wc-bril te metselen, maar wij vinden dat niet zo'n goede plaats voor een wespennest. De urntjeswesp is behoorlijk vredelievend en steekt alleen als ie echt in het nauw wordt gebracht. Maar dat laatste zou voor zijn gevoel zo maar het geval kunnen zijn als wij ons op die bril laten zakken. We halen de bouwsels dus weg, maar de wesp begint vrolijk opnieuw.

 

Een ander type metselwesp metselt nestjes in nauwe ruimtes. Er heeft er al eens eentje mijn tinwistle vernaggeld door het toongat dicht te metselen. Nu zat er al een aantal dagen eentje ergens achter mijn hoofdkussen, alleen had ik geen flauw idee waar precies. Speurtochten leverden niks op. Tot ik vandaag mijn gedichten-opschrijfboek pakte en het niet open kreeg. Het zat dichtgemetseld. Hoewel het niet om een plek ging met prikrisico, was ik er toch ook niet echt blij mee. Zowel om gedichten te lezen als om nieuwe te schrijven moest het boek toch echt open kunnen. Bovendien was ik bang dat de larven zich aan het papier tegoed zouden doen. Hoewel poëzie best vergankelijk mag zijn (er zit een gedicht onder het leemstucwerk van het huisje) wilde ik mijn werk toch maar liever niet laten opeten door wespenlarven. Ik heb het boek dus maar met wat extra kracht opengetrokken en kreeg daardoor een schitterend kijkje in de wespenkraamkliniek, die inmiddels over de volle lengte van het boek was uitgebouwd. De larven krioelden er al rond. Sorry, metselwesp. Maar de kippen waren wel weer erg blij met de larven. Dat is nog een ingewikkelde rekensom voor degene die mijn karma bij moet houden.

03 september 2021

Risico-inschatting

Vandaag konden de mensen die op de markt in een dorp hier vlakbij staan een corona-vaccinatie gaan halen. Een marktvrouw is op weg naar het ziekenhuis waar ze haar prik zou krijgen verongelukt. Ze zag bij het oversteken van de snelweg op haar brommer een auto over het hoofd.

Na een eerste coronajaar waarin Thailand zo'n beetje een voorbeeld voor de rest van de wereld was, is het hier de laatste maanden ineens toch hard gegaan. In totaalzijn er nu 12.103 mensen aan de ziekte overleden. In Nederland staat de teller op 18.012. Zet je het af tegen het aantal inwoners dan is in Nederland bijna 1 op de 1000 mensen aan corona overleden en in Thailand ongeveer 1 op de 6000.

In de anderhalf jaar dat corona huishoudt zijn er in Thailand zo'n 30.000 mensen in het verkeer omgekomen. Het land staat al jaren in de top 3 van landen met de meeste verkeersslachtoffers per 100.000 inwoners. Het wrange verhaal van de marktvrouw is wat dat betreft illustratief.

Op de een of andere manier wil het gevaar van het verkeer ook niet doordringen tot de mensen. Hoewel 80% van de verkeersslachtoffers brommer-/motorrijder is, schat ik dat meer dan de helft van die verkeersdeelnemers geen valhelm op heeft. En wie er wel een draagt heeft hem vaak niet vastgemaakt of gebruikt een bouwhelm of andere niet voor dit doel geschikte bescherming.

Dat staat dan in schril contrast met de bescherming tegen corona. Het aantal mensen dat buiten een mondmasker draagt is zo goed als 100%. Afgezet tegen de sterftecijfers is het bizar om zo veel mensen op een motor te zien rondrijden zonder helm maar met mondkapje. Het is een confronterende illustratie van hoe slecht mensen in staat zijn risico in te schatten. De angst voor corona is enorm hier. 4 weken geleden schreef ik hoe de parkeerplaats bij de plaatselijke supermarkt compleet uitgestorven was nadat er een coronageval binnen was geweest. Vandaag kwamen we er langs en was nog steeds maar hooguit een kwart van de plaatsen bezet, terwijl dat normaal zo'n driekwart zou zijn.

"De Thai leert niet", is een veelgehoorde opmerking. Ik vraag me echter af hoeveel helmloze motorrijders je in Nederland zou zien als er niet onverbiddelijk bekeuringen zouden worden uitgeschreven, bij een pakkans van tegen de 100%. Waarschijnlijk schort het hem meer aan de handhaving, die hier zo goed als ontbreekt, dan dat "wij" zo veel verstandiger zouden zijn.

Actie voor Birmese vluchtelingen

Het was mooi om te zien hoe er na mijn, in een opwelling geschreven, laatste blog over de noodsituatie onder Birmese vluchtelingen donaties begonnen binnen te druppelen. Iedereen die via ons of rechtstreeks gedoneerd heeft hartelijk bedankt. Een collega van FERC, de stichting die Thaise scholieren sponsort, is op bezoek geweest bij de organisatoren van de hulpactie voor Birmezen en heeft gezien dat het geld daar goed besteed wordt. Uiteindelijk is er via onze rekening bijna € 900 gedoneerd, goed voor 60 rescue bags. We hebben alle donaties telkens direkt in Thaise Baht doorgestort. Donateurs die het overschrijvingsbewijs voor hun administratie willen hebben kunnen me even mailen op lapoutre@protonmail.com.


26 augustus 2021

Rescue bags

Laat ik maar met de deur in huis vallen: ik ga weer om geld vragen. Een half jaar geleden deed ik dat ook, met de belofte er geen gewoonte van te maken, maar hopelijk herinnert niemand zich dat en los daarvan is er een dusdanig nijpend probleem dat ik mijn belofte wel mag breken. Dat vind ik althans zelf. 

Thailand kent strenge regels voor buitenlanders die hier willen werken. Maar Thailand kent ook een soepele manier van omgaan met regels. Zo werken er heel veel Birmezen in Thailand, vooral in de laagstbetaalde baantjes. Begin 2019 waren er in Chiang Mai ongeveer 167.000. Een groot deel is door de corona-uitbraak hun baan kwijtgeraakt, en daardoor ook hun werkvergunning. Na de gewelddadige staatsgreep in Myanmar en het hardhandige optreden van de nieuwe machthebbers tegen de bergvolkeren in het grensgebied met Noord Thailand zijn er nog grote groepen vluchtelingen bijgekomen. 

De Thaise hulpprogramma's zijn uitsluitend voor Thaise mensen. De Birmezen kunnen er dus geen beroep op doen. Als ze al een beetje spaargeld hadden is dat inmiddels wel op. Er zijn inmiddels al enkele particuliere initiatieven, waaronder dat van de MAP foundation (https://www.mapfoundationcm.org). 

Foto: Map Foundation

Deze non-profitorganisatie zet zich al jaren in voor de Birmese arbeiders in Thailand en ondersteunt deze nu met voedselpakketten. In zo'n pakket zitten vooral etenswaren waaronder 10 kilo rijst, instant noedelsoep, vis in blik, bakolie, maar ook zeep, maandverband en mondmaskers (die hier verplicht zijn buiten). De kosten van één "rescue bag" zijn 570 baht, ofwel zo'n 15 euro.

De actie draait volledig op donaties. Mocht je nog wat vakantiegeld overhebben, dan is dit een dankbare bestemming.  

Rekeningnummer: 504-050441-6
Swift code: BKKBTHBK
Bank: Bangkok Bank
Bank adres: 251-5 Suthep Road, A. Muang, Chiang Mai 50200
Naam: MAP Foundation
Adres: 9/34 Moo 1 Ing Doi Village Liab Klong Chonprathan Road, Chang Phueak Subdistrict, Mueang District, Chiang Mai 50300   THAILAND


Aanvulling

Naar aanleiding van de blog van gisteren meldde iemand dat hij graag wat wilde doneren, maar dat de bankkosten voor het overmaken van een bescheiden bedrag naar Thailand bij zijn bank € 25 bedragen. Het is natuurlijk jammer als er al meer dan één steunpakket opgaat aan het spekken van de bank. Zijn vraag was of daar iets aan te doen is en het antwoord daarop is "ja". 

De oplossing is om het bedrag naar onze Nederlandse bankrekening over te maken, waarna wij het vanaf onze Thaise bankrekening naar de stichting overmaken. Dat hadden we vooraf ook al wel bedacht, maar er niet voor gekozen omdat wij in dat geval kunnen zien wie wat doneert, en ook wie er niets doneert. En dat willen we helemaal niet weten. We willen al helemaal niet dat jullie het gevoel krijgen onder druk gezet te worden om te doneren. (Dan gaat het een beetje lijken op de gang van zaken hier in Thailand, waar de dorpsomroeper laat weten hoeveel iedereen die maand voor de tempel heeft gegeven.) Er zijn heel veel goede doelen en niemand hoeft zich verplicht te voelen om dit specifieke doel te steunen.

Maar al deze bedenkingen laten onverlet dat het financieel wel veel efficiënter is. 

Dus wie dat handig vindt kan haar of zijn donatie ook sturen naar onze rekening bij de Triodosbank:

NL89 TRIO 0198 3335 60
T.n.v. M.J.A.E. Kupers en/of F.C. La Poutré, Engelmanstraat 11, 6086 BA Neer

Geef je de voorkeur aan rechtstreeks overmaken naar de stichting, dan is dat natuurlijk ook prima. En wil je niets doneren, dan is dat ook goed. 

Zo, en nu houden we weer even op met bedelen. 

18 augustus 2021

Vlucht gemist

We zijn weer in Nederland. Er waren wat zaken te regelen en er was wat familie te bezoeken, dus het moest er weer een keer van komen. De afgelopen week hebben we allerlei bezoekjes afgelegd. De komende 2 weken wilden we daarmee doorgaan en ook wat musea bezoeken. Maarja, dat het zó snel zou gaan met het water, dat had niemand verwacht. Okee, we wisten dat de zeespiegel aan het stijgen was en dat dat uit de hand zou lopen als we geen drastische maatregelen namen, maar het ging nog wel jaren duren voor het zover was, zo hadden de deskundigen berekend.

Maar het water vordert sneller dan iedereen verwacht had. Enkele belangrijke steden zijn al overspoeld en het duurt niet lang meer of het hele land is in handen van de zee. Als we nog terug naar Thailand willen moeten we meteen gaan. Schiphol staat al onder water, net als Rotterdam, het nog altijd niet geopende Lelystad en Groningen. Alleen het vliegveld van Maastricht lijkt nog operationeel te zijn. We zien op het nieuws dat veel landen vliegtuigen naar Maastricht sturen om hun mensen te evacueren. Ook vanuit Thailand zijn vliegtuigen onderweg. 

We zijn niet de enigen die onderweg zijn naar het zuiden. De wegen staan vol met zwaarbeladen auto's, maar er gaan ook mensen lopend of fietsend over de snelweg. Sommigen klimmen op onze huurauto om zo mee te kunnen liften. Het gaat letterlijk stapvoets. Na meer dan een dag komen we eindelijk in de buurt van het vliegveld. Het water staat intussen al tot in Roermond. De chaos is groot. Iedereen wil naar binnen. Mensen zijn over de hekken geklommen en staan op de landingsbaan. Ze klimmen op een taxiënd vliegtuig, dat daardoor niet kan opstijgen. 

Na een paar uur slaagt een Thais vliegtuig erin om te landen. Een groep militairen springt eruit en begint de mensen met geweld van de landingsbaan en van het vliegveld te verwijderen. Ze leggen een cordon om het complex met een checkpoint waar iedereen die naar binnen wil langs moet. Op wonderbaarlijke wijze weten we na een paar uur dringen het checkpoint te bereiken. We laten onze Thaise visa en alle benodigde inreispapieren zien, ons Thaise rijbewijs, de documenten die aantonen dat we er al 5 jaar wonen en dat we er een huis hebben. Maar we worden teruggestuurd. "Only Asians" krijgen we te horen.

In Bangkok wordt intussen gedebatteerd over de situatie in Nederland. Sommige partijen vinden dat de regering de situatie onderschat heeft, maar het kabinet bestrijdt dat met het argument dat werkelijk niemand de ongekend snelle opmars van het water kon voorzien. Het land heeft weliswaar veel dijken, maar toen het puntje bij paaltje kwam hebben die het water niet kunnen tegenhouden. Deskundigen hadden gedacht dat er zeker een paar weken nodig waren om de dijken te verslaan.

Er ontstaat een debat over wie er wel en wie niet toegelaten zou moeten worden. Iedereen die in Thailand belasting betaalt, vindt de regering. Andere partijen vinden dat iedereen die een band heeft met Thailand toegelaten moet worden, maar weer andere partijen zeggen dat de landen in de regio de opvang maar moeten regelen. Belangrijk is in ieder geval dat misbruik wordt voorkomen, dus mensen die naar Thailand willen moeten wel de vereiste papieren en persoonsbewijzen kunnen laten zien.

We hebben zo goed en zo kwaad als het ging geprobeerd wat te slapen in een weiland en gaan het dan nog maar een keer proberen. We hebben geluk: er staan nu mensen die ook Engels spreken bij het checkpoint. We leggen de situatie uit, er wordt begripvol geknikt en naar de papieren gevraagd. Blij pak ik mijn tas, om vervolgens te moeten constateren dat de map met documenten er gisteren in het gedrang blijkbaar uit is gevallen. Het water staat nog zo'n 500 meter van het vliegveld. 

Ik word wakker in mijn comfortabele bed in een piepklein huisje op het Thaise platteland.

09 augustus 2021

Engel

Er wordt gedemonstreerd in veel Europese steden. Demonstranten vinden dat de vaccins ze worden opgedrongen en dat hun vrijheid beperkt wordt. Er wordt ook gedemonstreerd in Bangkok. Demonstranten vinden dat het vaccineren veel te traag gaat. In thailand vallen momenteel de coronaklappen, nadat het land het eerste coronajaar behoorlijk buiten schot is gebleven. De regering sloeg zichzelf daarvoor graag op de borst, maar nu het alsnog mis gaat valt het op dat punt wat stil. Waar ook geen concreet zicht op is zijn de economische gevolgen voor de Thaise bevolking. Wie zijn of haar inkomen met toerisme-gerelateerd werk verdiende heeft al anderhalf jaar niet of nauwelijks iets verdiend. Er is een bescheiden ondersteuningsprogramma geweest, waarbij mensen 3 maanden 5000 baht (zo'n 140 euro) konden krijgen. Dat is ongeveer een half minimumloon hier. Veel werkers gingen terug naar hun geboorteregio op het platteland, waar in ieder geval nog onderlinge solidariteit is en men weet wat er in de natuur aan eetbaars te vinden is.

Dat de lockdowns en het stilvallen van het toerisme rampzalig uitpakken blijkt wel uit enkele onthutsende statistieken. Zo is het aantal zelfmoorden vorig jaar met ruim 10% gestegen. Minder vergaand, maar niettemin ook dramatisch is het aantal schoolverlaters. Onder de jongere leerlingen, voor wie in principe leerplicht geldt, is dat momenteel 20%, onder oudere maar liefst 48%. Hoewel de school zelf gratis is, zijn er wel kosten voor leermiddelen, uniformen, vervoer en schoolmaaltijden. Het gaat in het gunstigste geval om zo'n 5000 baht, maar wie zonder werk zit kan zelfs dat niet ophoesten. 

Nu het aantal besmettingen weer toeneemt zie je dat ook terug op straat. Hier in Lampang is geen lockdown en de winkels en restaurants mogen open zijn, maar de mensen gaan zo min mogelijk de straat op. Het is uitzonderlijk rustig in de stad. Vanavond wilde ik even een maaltje halen op de zondagmarkt in Hang Chat, maar die bleek helemaal afgelast te zijn. Normaal gesproken staan daar mensen maaltijden te verkopen voor een euro, of lekkere kokossnacks voor 2 kwartjes. Op die manier scharrelen ze een beetje inkomen bij elkaar, maar dat lopen ze nu mis. 

Tegen de achtergrond van de situatie hier lijkt het nieuws uit Nederland soms volkomen misplaatst. Inderdaad, je kan niet naar een festival, maar dat konden de meeste Thai vóór corona ook al niet, nog los van het feit dat er nauwelijks festivals zijn. Klopt, je moet de lessen online volgen, maar je kunt in ieder geval lessen volgen en wordt niet door je ouders van school gehaald. Ja, de vaccinatie ging chaotisch, maar het grootste deel van de mensen is intussen toch maar wel mooi gevaccineerd. In Thailand is nu ongeveer 6% van de mensen geprikt. Waarom dat er zo veel minder zijn dan in Nederland kan ik niet beter uitleggen dan dat een cartoonist dat in Trouw heeft gedaan.

Met zo weinig vaccinaties is Thailand eigenlijk een droombestemming voor Willem Engel. Hij kan hier ook volop gezondheidsmedewerkers fotograferen en filmen en de beelden online zetten. Ik las dat hij opgeroepen had om GGD-medewerkers te filmen en dat die laatsten zich daardoor bedreigd voelen. Hier doet niemand moeilijk over zoiets. Dat heeft ook geen zin, want iedereen loopt hier te filmen en fotograferen. Politiemensen maken na een arrestatie foto's van elkaar met de arrestant, of selfies bij het uitdelen van een boete. De foto hieronder is van de reconstructie van een moord; op de voorgrond de verdachte, wiens naam ook gewoon voluit in de krant staat, en daarachter politiemensen en andere officials die volop aan het fotograferen en filmen zijn. Het enige wat je hier kunt doen tegen verspreiding van je beeltenis is je er niet aan ergeren.

Foto: Bangkok Post

Intussen blijft de toekomst voor de Thai ongewis. Op een paar plaatsen wordt voorzichtig geëxperimenteerd met het binnenlaten van toeristen. Maar daar zitten zo veel voorwaarden aan dat het voorlopig nog geen storm zal lopen. Volgens de premier zou het land in oktober weer helemaal open kunnen, maar dat zei hij voordat de besmettingscijfers dramatisch begonnen te stijgen. In Nederland begint alles geleidelijk aan weer een beetje op gang te komen. Nog even en het land kan zijn hoge notering in het bijdragen aan de global warming weer innemen. Met trots natuurlijk, want het virus hebben we eronder. En natuurlijk zijn we ook zeer begaan met de landen in Azië en Afrika die nog nauwelijks hebben kunnen vaccineren. Zolang we tenminste wel naar festivals kunnen.

30 juli 2021

He also make pad thai?

In de Haagse Beeklaan was een klein Thais restaurantje, vlakbij waar ik gewoond heb. Toen ik uit huis en uit de stad vertrok was het er nog niet, maar mijn moeder is tot ze overleed, 91 was ze toen, in die straat blijven wonen en als ik er op bezoek was en vroeg waar ze wilde gaan eten wist ik het antwoord altijd al. De familie die het restaurantje runde kende haar; ze hoefde niet te bestellen want ze nam altijd de kip met cashewnoten, waarvan ik nu weet dat het kai pad med ma muang heet. En iedere keer wees ze naar de foto van de toenmalige koning die er hing. "Dat is koning Boemibol," zei ze dan tegen mij, maar wel zodat de man van het restaurant het ook kon horen. Die reageerde dan altijd helemaal verrast en complimenteerde mijn moeder ermee dat ze zo maar wist wie de Thaise koning was.

Kai pad med ma muang was niet alleen het favoriete gerecht van mijn moeder. Nog steeds is het onder Thailandgangers een van de populairste Thaise gerechten. Ik heb het hier ook veel gegeten, maar laat steeds vaker vleesgerechten staan, dus de laatste keer is al weer even geleden. In de lijstjes met lekkerste Thaise gerechten moet het het wel altijd afleggen tegen de pad thai (letterlijk vertaald: op zijn Thais gebakken). En dat eten wij hier regelmatig.

Eigenlijk is het niet eens zozeer vanwege de uitzonderlijke smaak, dat we ons er vaak mee verwennen. Het is gewoon erg lekker, maar dat zijn heel veel Thaise gerechten. Nee, we zijn vooral grote fans van de padthaiverkoper in Lampang. En we zijn niet de enige, want het is er altijd druk. Jaren geleden kwam hij voor het eerst met zijn tot keuken omgebouwde bestelbusje naar de straat vóór de boeddhistische tempel Sri Chum en tegenover de moskee. Hij deed het goed, want er kwamen steeds meer mensen op zijn pad thai af. Hij huurde er een soort garagebox bij, waar tafeltjes en krukjes staan, zodat klanten ook als het regent hun maaltje droog kunnen opeten. En om de drukte aan te kunnen staan er nu ook twee grote woks achter het keukenbusje.

Zoals mijn moeder altijd enthousiast ontvangen werd door de mensen van het restaurantje aan de Beeklaan, zo krijgen wij een uitgebreid hartelijk welkom als we ons bij het padthaibusje laten zien. Een standaard pad thai (klik hier voor een recept) kost er 35 baht, nog geen euro. Wij gaan altijd voor de pie sed, de speciaal. Dan zitten er een soort dorito's (maar dan anders) bij. Ook krijgen we er taugé, bosuitjes en wat sla bij en dat alles voor het schappelijke bedrag van 40 baht. 

Wat we naast de hartelijke ontvangst en de heerlijke smaak ook erg waarderen is dat de afhaalporties in bananenblad worden verpakt. Dat is een traditioneel verpakkingsmateriaal in Thailand, dat het helaas ernstig af heeft moeten leggen tegen het plastic. Hoewel de supermarkten hier geen gratis plastic tasjes meer mee mogen geven moet je echt je best doen om te voorkomen dat iets wat je koopt eerst in een plastic zakje wordt gedaan. Misschien is die verslaving aan verpakking wel te wijten aan de gewenning aan bananenbladeren, die zo'n beetje onbeperkt beschikbaar waren (en nog steeds zijn) en volledig composteerbaar. 

Maar goed, ik dwaal af. Voor de pad thai pie sed sang klab baan (om mee te nemen) wordt eerst een vetvrij papier neergelegd, daar gaat een bananenblad op en daarop komt het gerecht. De boel wordt dichtgevouwen, elastiekje eromheen, klaar. Nou hebben wij altijd een pinto, een pannensetje in de auto liggen. Dan is er helemaal geen verpakkingsmateriaal meer nodig. Maar toch, als we dan thuis de boel op tafel zetten blijkt er onderin elk pannetje een precies op maat geknipt bananenblad te liggen. Met zo veel toewijding en service wil je toch iedere dag wel pad thai halen?

Om goed in de sfeer te blijven eten we de meegenomen pad thai thuis ook van een bananenblad. Dat ziet er gewoon erg leuk uit en bespaart ook nog eens afwas. Ik heb een keer geprobeerd of bananenblad niet ook geschikt zou zijn om kleding van te maken, maar Mieke vond het resultaat niet erg geschikt om te dragen tijdens een bezoekje aan de stad.

Waar in Den Haag de foto van de koning meteen mijn aandacht trok, is het bij het padthaibusje een heel andere afbeelding die me opvalt. Ik vermoed dat de eigenaar op internet heeft gezocht naar een leuk plaatje om als soort logo voor zijn handel te dienen, maar dat hij daarbij terecht is gekomen bij Suske is natuurlijk reuze grappig. Gisteren waren we er vroeg en was het nog niet zo druk, dus het leek me tijd om hem eens te laten zien dat het mannetje op zijn auto een beroemde stripfiguur in Nederland en België was. Het kostte wat moeite om duidelijk te maken dat de Suske op mjn telefoon uit België kwam. "He also make pad thai?" was de reactie. Ik geloof dat de boodschap niet echt is overgekomen.