02 december 2017

Farang kunnen niks

Farang weten niks en kunnen niks. Dat is hier algemeen bekend. Als er iets gemaakt moet worden is daar echt een Thai voor nodig. Neem nou khun Frenk. (Omdat François voor de meesten hier echt niet uit te spreken is, hebben ze me maar khun Frenk gedoopt.) Khun Frenk en khun Mik hadden de 14 meter lange vlaggen van Marieke Jacobs meeverhuisd naar Thailand, met de bedoeling er hun nieuwe woonplek mee op te sieren. Nu de grond overgedragen was, het hek geplaatst en de bouw van start ging, was het een mooi moment om  de daad bij het woord te voegen.

Hier in Thailand hoeft khun Frenk de benodigde 7 meter lengte niet met twee bamboestokken aan elkaar te knutselen. Bamboes van 7 meter of langer zijn er in overvloed. Alleen zijn ze onderaan wel wat breder dan de Nederlandse dunnetjes, dus de buizen waarmee ze in de grond moesten, waren voor de Thaise bamboe helaas te dun. Gelukkig had Pong nog een stuk ijzeren pijp liggen en was zijn schoonzoon zo vriendelijk dat even in twee stukken te zagen.

Op een mooie ochtend ging khun Frenk, gewapend met zijn machete, de natuur in, op zoek naar een bamboe van minimaal 7 meter lang, die onderaan niet dikker was dan 5 centimeter. Al snel bleek dat 7 meter hoogte inschatten lastiger is dan je denkt, zeker als je recht omhoog kijkt. De eerste bamboe waar khun Frenk mee thuiskwam was dan ook slechts 6,50 meter. Voortschrijdend inzicht werkt echter zelfs bij khun Frenk, en de tweede stengel was ruimschoots lang genoeg. Alle zijtakken werden er afgeslagen en de knoesten moesten het eveneens ontgelden. Daarna werd de bamboe op de goede lengte afgezaagd, waarna deze in de schacht van de eerste vlag werd gestoken. Khun Frenk had een van de ijzeren pijpen een stuk de grond in geslagen en tilde nu de bamboe met vlag op om het geheel in de pijp te kunnen laten zakken. Dat ging allemaal geheel volgens plan.


Khun Mik was intussen thuisgekomen en helemaal enthousiast over het werk van khun Frenk. Dat gaf hem extra energie, dus hij toog wederom de jungle in om een bamboe van de juiste afmetingen te scoren. Ook deze werd ontdaan van uitsteeksels en op maat gezaagd. Op naar het nieuwe landje nu. De Hilux bewees weer eens zijn nut, want de lange stengels konder er prima mee vervoerd worden.

Op het landje werd druk gegraven voor de fundering. Pong en buurman Tui waren er ook en begonnen meteen enthousiast de bamboes van de Hilux te halen. Al even enthousiast gingen ze met een vuistje de ijzeren pijpen de grond in meppen. Toen khun Frenk met het stuk hout aan kwam zetten dat hij gebruikt had om het ijzer niet te beschadigen bij het hameren, was het al te laat. De randen van de pijpen waren naar binnen gekruld.

Het gevolg laat zich raden: de bamboes pasten niet meer. Grote hilariteit. Die farang zijn echt zo onhandig. Komen ze met een te dikke bamboe aan, de sufferds. Gelukkig zijn de Thai niet voor één gat te vangen. Met de machete kapten ze handig wat van de buitenkant van de bamboes weg en voila. Nu paste het tenminste.


Khun Frenk en khun Mik schoven de vlaggen om de stelen en met vereende krachten werden deze overeind gezet en in de pijpen geschoven. Een mooi wit wolkje en de bijna volle maan zorgden er voor dat het een extra mooi plaatje werd. Daar werden khun Frenk en khun Mik heel gelukkig van. Net als van alle hulp die ze gekregen hadden. Want khun Frenk en khun Mik zijn immers farang. Die redden het niet alleen.