Verhuis je naar
Thailand, word je uit je slaap gehouden door Piet van Vliet. Dat is
me in Nederland nou nooit gebeurd. Sterker nog, tot vanmorgen had ik
nog nooit van Piet van Vliet gehoord. Terwijl hij toch al een aantal
weken zijn best doet om ons wakker te houden. Er zijn er trouwens
meer die zich daarmee bezig houden. Doordat dit huis lang leeg heeft
gestaan zijn we niet de enige bewoners. Mieke heeft in een eerdere
blog al eens een foto van een medebewoner gepost. En in de woonkamer
blijkt het getrappel dat we daar soms horen afkomstig te zijn van een
Toekeh, die overigens weigert om zich goed te laten bekijken.
Dan heb je nog
de knallen. Nu de mango's beginnen te rijpen worden de vogels met
harde knallen uit de bomen verjaagd. We weten nog niet of het rotjes
zijn, of luchtdrukpistolen. In de nacht van Songkran, het Thaise
nieuwjaar, vond een enkele dorpsbewoner het grappig om ook 's nachts
een keertje te knallen. Tibbe is intussen volledig ingehonderd (hoe
noem je inburgeren voor een hond eigenlijk?), maar van die knallen
wordt ze behoorlijk nerveus. Inmiddels is het gelukkig weer veel
minder. Waarschijnlijk was het toch vuurwerk en is dat nu op.
Gisterennacht
zaten we trouwens ineens allebei rechtop in bed. Het geritsel dat van
onder de bank vandaan kwam was niet van een Toekeh of Tjiktjak. Het
moest van een groter beest zijn. Durfden we te kijken? Mieke durfde.
Het bleek Tibbe te zijn, die zich tijdens het onweer op een krakende
plastic zak onder de bank probeerde te installeren.
Oja, dat had ik nog niet gemeld, maar de eerste serieuze regen- en onweersbuien zijn hier inmiddels gevallen. Vroeger dan normaal; ook hier lijkt het weer in de war. Onze eerste hete droge periode duurde dus maar een paar dagen. Een van de eerste dagen was er al wat regen gevallen, maar nu is het iedere dag raak, zo tegen zonsondergang. Dat gaat hier meteen van dik hout. Immense plensbuien, maar als het er niet zo bij zou bliksemen kon je er prima in douchen. De temperatuur is best aangenaam. Na een uurtje is het voorbij. Alles wat verdord leek leeft weer helemaal op. Onvoorstelbaar hoe snel de natuur nu al groen begint te worden.
Nang Lae en wij beginnen inmiddels aardig aan elkaar te wennen. Eergisteren liep ik alleen bij het zand-stupa-bouwen rond en vroegen verschillende mensen waar Mieke was. De vriendelijkheid van de mensen hier doet ons ons hier erg welkom voelen. We beginnen ook de weg een beetje te kennen, bijvoorbeeld naar een markt in een naburig dorpje, waar rond 5 uur 's middags de mensen uit de omgeving hun vers geoogste waren komen verkopen. Een verse mango voor 35 baht (90 cent), dat leek ons wel wat. “Nono, kilo” zei de verkoopster, dus liepen we uiteindelijk met 4 mango's voor onze 35 baht weg. En dat terwijl op sommige forums van Thailandgangers voortdurend geklaagd wordt over hoe je in dit land wordt opgelicht.
Maar goed,
intussen wil je natuurlijk eindelijk wel eens weten hoe het nou met
die Piet van Vliet zit. Piet van Vliet is de Nederlandse naam voor de
Cacomantis
Merulinus. In het Engels wordt Piet een Plaintive Cuckoo genoemd en
die naam sluit goed aan bij het geluid dat het dier produceert. De
benaming Piet van Vliet is een onomatopee, maar net als het dudeljoo
van de Wielewaal waarover ik eerder schreef, vind ik het niet zo'n
kloppende beschrijving van het geluid. De benaming “Klaagkoekoek”
die ook wel gebruikt wordt, is wat dat betreft veel duidelijker.
Luister hier maar wat ik bedoel. En stel je vervolgens voor dat het
beest daar de hele nacht mee doorgaat. Nee, Piet van Vliet, die hoef
ik niet.